45. WIE IS DE DADER?

13-04-2024

Ik lig in bed. Het is koud in de slaapkamer en ik kruip dichter tegen mijn partner aan, daar vind ik de warmte die ik zoek. Hij is vast in slaap. Dat hoor ik aan zijn gelijkmatige adem. Ik ben niet zo'n onmiddellijke inslaapvaller.

Demonen vallen me lastig, liggen er nog onbetaalde rekeningen, is de familie gezond en wel, moeten die oorlogen nog lang duren, op wie ga ik stemmen en ga zo maar door, keuze te over.

In één van de appartementen hoor ik een toilet doortrekken. Ergens slaat een deur keihard dicht. Als ik mijn oren spits hoor ik in de verte kabaal. En dan, juist als het zandmannetje mij gevonden heeft en ik tevreden mijn ogen sluit, begint er een autoalarm te euwieën, euwie, euwie, euwie, euwie … Ik kruip dieper onder het dekbed maar dat brengt geen soelaas. Dat is nu écht het nadeel van "goed horen" denk ik want ondanks alle kleine en grote gebreken van mijn lijf is "horen" nog in goede staat. Waarom komt er niemand om dat geloei af te zetten? Hoe kan dat nu? Waarom doet niemand hier wat aan?

Ik sta dan maar op en loop met slaapogen in het donker naar het toilet. In de gang gekomen wordt dat geëuwie nog erger. Hoe kan dat nu? Het is precies of er een euwieënde auto in mijn living staat!

Daar staat het wekkerradiootje van katoen te geven. Ik probeer het het zwijgen op te leggen, tast in het donker naar zijn knopjes maar dat lukt niet meteen. Hoe kan er uit zo'n klein lijfje zoveel lawaai komen, denk ik. Intussen staat het prutsding mij zo goed als uit te lachen met zijn onafgebroken geëuwie en ik verlies mijn geduld.

"Als ge nu niet direct stopt, knip ik je levenslijntje door," verman ik hem en ja hoor, hij begrijpt het en zwijgt, zijn laatste knopje dat ik afzet is het juiste.

's Morgens vertel ik mijn partner over mijn frustratie van die nacht. Hij weet van niks en heeft de hele nacht als een roos geslapen. En oh ja, hij heeft gedurende de dag wat aan die radiowekker gesleuteld en misschien per ongeluk het alarm aangezet. De échte dader is dus gevonden.