55. DE KOEKENDOOS.
Hoog in mijn moeders kast stond er een blikken koekendoos. Ik had die als kleine kleuter wel gezien en als ik met mijn vingertje naar die doos om een koekje bedelde, zei mijn moeder: "Dat zijn geen koekjes schatje". Maar wat er dan wel in die doos zat, neen, dat zei ze niet. Mijn fantasie was toen nog niet volwassen genoeg om aan liefdesbrieven of aan goudstukken te denken en zo bleef die doos mij intrigeren.
Ik had die tijd een vriendinnetje dat soms bleef spelen. Maggy, een eigenwijs durvertje dat meer dan eens de stempel van "stouterik" werd opgespeld. Misschien kwamen we wel zo goed overeen omdat wij totale tegenpolen waren. Een keer sloot ze me op toen ik naar huis wilde. Zo iemand was ze, we lachten veel, speelden prinsesjes, verkleedden ons en ik had altijd het gevoel dat we van haar mama veel meer mochten dan ik thuis.
Toen ze een tijd later bij mij kwam spelen, moet ik haar toch gezegd hebben dat er een geheimzinnige koekendoos boven in de kast stond. Als ik al geïntrigeerd was dan was Maggy niet meer te houden. Ze moest en zou die doos hebben wat het ook kostte. Ik kreeg het warm en koud van de schrik. Dat mijn moeder dat absoluut niet zou toelaten, maakte niet in 't minste indruk op Maggy. Ze klom gezwind op een stoel en die koekjesdoos had geen verweer.
In extase wrikten we met onze kleine vingertjes de doos open. We wisten geen van beiden wat we konden verwachten en wat een teleurstelling. De doos bevatte oude knopen van jassen, hemden en kleedjes. Een doos vol! Onze teleurstelling was zo groot dat we niet eens de moeite namen om de doos terug boven in de kast te zetten.
Later werd die doos mijn beste speelkameraadje. Ik klasseerde de knopen telkens weer volgens kleur en volgens grootte. Er waren er meerkleurige met bloemetjes, met twee of vier gaatjes en goudkleurige. Een schat aan diversiteit waar ik niet op uitgekeken raakte.
Het volgende kan een verzonnen verhaaltje zijn van twee andere curieuzeneuzen. Ze vonden ook zo'n doos en peuterden die open. Maar daar zaten geen knopen in maar geparfumeerde liefdesbrieven bijeengebonden met roze strikjes. De pakjes gingen gretig door hun pollekes. Ze snoven de fijne geur op en hun fantastisch idee liet niet lang op zich wachten. De buurt werd verrast door twee ijverige facteurkes die in elke brievenbus zo'n mooi briefje met een roze strikje dropten.
Ik weet niet wat iedereen met oude liefdesbrieven doet. Bijhouden en niks van aantrekken? Mee het crematorium in? Verbranden in de kachel/barbecue of een laatste reis naar de papierversnipperaar? In een democratisch land doet iedereen zijn goesting. Probleem opgelost.